Dit zijn
Dit zijn,
kan geleerd,
noch afgeleerd.
Dit zijn,
is ongeboren,
onsterfelijk.
Dit zijn,
kan niet worden,
het is
wat altijd al was.
Dit zijn,
kan geleerd,
noch afgeleerd.
Dit zijn,
is ongeboren,
onsterfelijk.
Dit zijn,
kan niet worden,
het is
wat altijd al was.